Galsteenlijden

Galsteenlijden

De prevalentie van galstenen is 10% in het Westen.

Pathogenese

  • Typen stenen:
    • Cholesterolstenen. In Westen is 80% van galstenen cholesterol based. Bestaan voor 70% uit cholesterol, gemengd met calciumzouten, galpigment en GP’s
    • Niet-cholesterolstenen:
      • Zwarte pigmentstenen: vooral calcium bilirubinaat, te vinden in patiënten met cirrhose of chronische hemolyse
      • Bruine pigmentstenen: gemixte hoeveelheden calcium bilirubinaat, calcium fosfaat, cholesterol en organisch materiaal, secundair aan infectie (bacteriële glucuronidases in galweg deconjugeren bilirubine), galwegstrictuur, of dunnedarmdiverticula
    • Drie defecten betrokken bij pathogenese galstenen:
      • Supersaturatie van gal met cholesterol (de mate van cholesterolsaturatie in gal opgeslagen in galblaas is belangrijkste determinant van galsteenformatie)
      • Versnelde nucleatie
      • Galblaas hypomotiliteit
  • Fat, female, forty, fertile
  • Kaukasisch ras
  • Multipariteit
  • Diabetes mellitus
  • Hypertriglyceridemie
  • Totale parenterale nutritie
  • Medicatie (orale anticonceptiva)
  • Crohn in terminale ileum
  • Snel gewichtsverlies (vrije vetzuren stimuleren vorming van galzuren, die vervolgens neerslaan)
  • 80% van galsteenpatiënten asymptomatisch
  • Complicaties galstenen: biliaire pijn, cholecystitis, choledocholithiasis, cholangitis (een galwegontsteking, bijv. door infectie, galstenen, tumoren, stricturen), acute pancreatitis
    • 1-4% van asymptomatische patiënten ontwikkelen cumulatief over 10 jaar symptomen, dus asymptomatische galstenen niet per se behandelen, behalve bij patiënten @ high risk voor galblaaskanker (zie familieanamnese)
    • Contrast: 50% van patiënten met galstenen en biliaire pijn zal deze pijn later opnieuw ervaren. Risico op complicaties is bij deze groep 1-2% per jaar. Cholecystectomie is dus aan te raden voor patiënten met symptomen.
  • Typische symptomen zijn biliaire pijn/galkoliek (nb: koliek is onjuiste term, want het is een constante pijn): ernstige, aanhoudende pijn in RBK of in epigastrio, die abrupt begint en piekt binnen 1 uur na aanzet. Pijn kan uitstralen naar R-schouder of scapula bij 50% van patiënten.
    • Feitelijke oorzaak biliaire pijn: intermittente obstructie ductus cysticus door galsteen
    • Biliaire pijn verlicht zich binnen 3 uur.
    • NB: pijn langer dan 3 uur wijst op complicaties, zoals cholecystitis, cholangitis of pancreatitis
  • Aanvullend onderzoek:
    • Lab (bilirubine, gGT, AF, ALAT, ASAT, CRP, leukocyten)
    • Bij afwijkend lab, overweeg echo abdomen (hoge sensitiviteit en specificiteit voor galstenen > 2 mm) 
  • Laparoscopische cholecystectomie voor symptomatisch galsteenlijden
  • Indien kleine stenen (< 2 mm) en geen chirurgische kandidaat: ursodeoxycholinezuur, met of zonder extracorporale shock wave lithotripsie (ESWL)
  • Als asymptomatisch: geen behandeling nodig (tenzij hoger risico op blaaskanker, of porseleinen galblaas)
  • Acute cholecystitis: meest voorkomende complicatie galstenen, meestal door langdurige obstructie ductus cysticus door steen
    • Bij 10% is een cholecystitis acalculeus, vaak in de context van kritisch zieke pt die majeure chirurgie heeft gehad, lange totale parenterale nutritie of excessief trauma
    • Beeld:
      • Echo: verdikte galblaaswand, pericholecysteuze vloeistof, sonografische Murphy
      • Alternatief voor echo: Hepatobiliaire scintigrafie met hydroiminodiazijnzuur (HIDA)
      • CT bij vermoeden complicatie cholecystitis, zoals fistel of abces
  • Choledocholithiasis: meestal migratie steen, soms de novo steen. Meestal asymptomatisch.
    • Diagnose:
      • MRCP zeer sens/spec en niet invasief, doen als verdenking laag-matig
      • Als verdenking op choledocholithase hoog en interventie waarschijnlijk nodig: ERCP diagnostische test van keuze
      • Andere overwegingen:
        • Echo kan 50% van galwegstenen missen, dus is niet test van keuze
        • EUS hoge sens/spec, maar invasief
    • Behandeling symptomatische choledocholithase is aan te raden, i.v.m. risico levensbedreigende complicaties zoals acute pancreatitis en cholangitis. ERCP (steenextractie) en cholecystectomie, hoewel dit laatste kan uitblijven bij risicopt.
  • Acute cholangitis:
    • Impactie steen predisponeert voor bacteriële infectie en sepsis
    • Meestal door coli, Klebsiella spp, pseudomonas en enterococcen
    • CT meer accuraat dan echo voor diagnose acute cholangitis, maar beiden lage NVW. ERCP is goede diagnostische test en therapeuticum. MRCP kan gebruikt worden voor diagnose als laag-matige verdenking.
    • Behandeling: een gift i.v. breedspectrumantibiotica. Urgente biliaire decompressie middels ERCP als pt ondanks vochttoediening en antibiotica deterioreert.
      • Hemodynamisch instabiel: geen ERCP, maar PTC
      • Cholecystectomie aan te raden ter voorkomen vorming nieuwe galsteen en migratie daarvan
  • Zeldzame complicaties:
    • Galsteenileus (cholecystoenterische fistulae vaak te zien bij 70 jr-ige pt, en bij comorbiditeit DM, coronair of pulmonaal). Buikfoto toont pneumobilie, dilatatie dunne darm en impactie steen in darm.
    • Porseleinen galblaas (intramurale calcificatie galblaas) – risicofactor voor galblaascarcinoom – preventief verwijderen galblaas
    • Emfysemateuze cholecystitis: gasvormende organismen infecteren blaaswand en vormen gaspockets die evident zijn op buikfoto
    • Gangreneuze cholecystitis

 

Galkoliek

Acute cholecystitis

Choledocholithiasis

Acute cholangitis

Pathofysiologie

 

Intermittente obstructie ductus cysticus

Continue obstructie ductus cysticus

Intermittente obstructie ductus choledochus

Continue obstructie ductus choledochus + infectie

Symptomen

Infrequente pijn epigastrio/RBK < 3 uur

Continue pijn epigastrio/RBK > 3 uur, ass. met misselijkheid en braken

Normaal of zoals biliaire pijn (frequentere aanvallen)

Charcots triade: koorts, RBK-pijn en icterus

LO

Normaal

Murphy, koorts, lichte icterus

Normaal of lichte icterus

Charcot’s triade + hypotensie + veranderde mentale staat (Reynold’s pentade)

Lab

Normaal

Leukocytose, bilirubine, ALT, AST, ALP

Bilirubine, ALT, AST, ALP

Leukocytose, bilirubine, ALT, AST, ALP

Beeld

Echo, CT

Echo, CT

MRCP, EUS, ERCP, PTC (percutane transhepatische cholangiografie)

MRCP, EUS, ERCP, PTC

Beleid

Cholecystectomie

Cholecystectomie + antibiotica

ERCP gevolgd door cholecystectomie, anders PTC (als ERCP niet beschikbaar/
succesvol)

Net als choledocholithiasis, plus antibiotica